Blog Uit de war 3 – Scheren, to do or not to do? Goeie vraag!

Vacht heeft een functie. Laat ik dat voor alle duidelijkheid voorop stellen. Dus eerst even een overzicht van de functies van huid en vacht.

De huid heeft vele functies. Het is het grootste orgaansysteem van het lichaam. De belangrijkste functies zijn:

  • bescherming van het lichaam tegen ziektekiemen en schadelijke stoffen
  • alarmfunctie; activering van het afweersysteem bij beschadiging van de huid of contact met een ziektekiem
  • bescherming van het lichaam tegen beschadiging en uitdroging
  • regeling van de lichaamstemperatuur (door uitzetten of vernauwen van de bloedvaten en, bij katten alleen de voetzooltjes; zweten)
  • zintuigfunctie; door de in de huid gelegen zintuigcellen kan het lichaam reageren op de omgeving (warmte, kou etc.) en op tastprikkels (bijv. pijn of bij het beethouden van een prooi)
  • aanmaak vitamine D
  • uitscheiding van afvalstoffen; bijv. door zweten, maar ook bij ziektes en allergieën (eczeem, uitslag)

De vacht heeft letterlijk z’n wortels in de huid en heeft ook verschillende belangrijke functies:

  • bescherming tegen temperatuur en weersinvloeden
  • bescherming tegen vallen, stoten, krassen, krabben & beten etc.
  • communicatiemiddel (heel bekend: het opgezette rughaar en de dikke staart)
  • tast (snor- en andere tastharen in combinatie met tastzintuigen in de huid)

Een goede gezonde vacht biedt dus veel voordelen en in een natuurlijke situatie is een goede vacht voor een kat van levensbelang.

Moeder Natuur heeft dat prima geregeld. Ook de verzorging van die vacht kan een kat, zolang deze gezond is prima alleen af. Dat ging heel lang goed, maar toen kwam de mens. Nee, dat is niet helemaal waar. Eerst gingen de meest bijdehante katten bij de mens op bezoek: op muizenjacht, in hun graanschuren. De mens vond dat wel handig zo’n klein roofdier dat zijn graan beschermde tegen ratten en muizen en daarmee begon een heel langdurig domesticatieproces. Een proces dat volgens de meeste kattenliefhebbers nog niet helemaal is afgerond… In elk huiskatje huist als het erop aan komt nog steeds een wild mini-tijgertje.

Maar de mens ging wel aan Moeder Natuurs ontwerp sleutelen. Vooral wat de vacht betreft. Die vachtjes mochten best wat wolliger en pluiziger, en soms ook nog van een bepaald kleurtje.

… Zoals we allemaal weten bestaat die “Natuurlijke Situatie Die Zo Goed Werkte” voor veel katten al lang niet meer. Omdat ze a) geen natuurlijke vacht meer hebben en b) niet natuurlijk gehuisvest zijn.

Een kat hoort baat te hebben bij zijn vacht. Die vacht moet normaal functioneren en voor de kat comfortabel aanvoelen. Dus wat als dat niet meer zo is? Als de kat pijn heeft van zijn vacht of deze op andere wijze als een last ervaart. Dit komt vrijwel alleen voor bij katten met onnatuurlijk volle vachten of katten met gezondheidsproblemen (of een combinatie).

De kat scheren (kort of wat meer ‘op lengte’) kan dan een goede oplossing zijn om het leven van de kat weer wat dragelijker te maken. Dit dient uiteraard een weloverwogen beslissing te zijn waarbij rekening wordt gehouden met o.a. de leefsituatie van de kat, en zijn fysieke en mentale conditie. Het is een kwestie van voors en tegens afwegen en dan kiezen voor het welzijn van de kat.

Veel katteneigenaren vertellen hun kattenkapper hoe katten zich zichtbaar beter voelen als ze geschoren zijn. Ze zijn actiever, vrolijker en socialer. De vacht kort houden, of tijdelijk kort maken, kan sommige katten dus echt helpen om op weer op een comfortabele manier door het leven te gaan. En gezien het type vachten waar het hier vaak om gaat werkt dat gelijk ook preventief tegen klitten.

Natuurlijk zijn er ook zat redenen om niet te scheren. Zoals hierboven al gemeld: vacht heeft een functie en ik scheer zelf vaak, maar niet te pas en te onpas.

Als een reden om in de zomer niet te scheren hoor ik nog wel eens het argument dat de vacht beschermt tegen de hitte, omdat deze isoleert. De vacht heeft inderdaad een isolerende functie, maar voor zover ik weet is dat vooral om de warmte bij het lichaam te houden als de omgeving koud is. Dan worden de haartjes wat overeind gezet om meer lucht in de vacht te houden. Want stilstaande lucht isoleert en houdt warm. Vogels doen hetzelfde met hun veren, bij kou zetten ze die wat op, dan gaan ze ‘dik zitten’. Ik heb nog nooit een vogel op een warme zomerdag met opgezette veren zien zitten, tenzij het beestje ziek was.

De vacht beschermt de huid tegen de zon, en in die zin ook een beetje tegen de warmte van directe zonnestralen. Maar een dikke vacht om langdurig de warmte buiten te houden …?  Zelfs mijn Huis-tuin en keuken-kortharen maken hun nog behoorlijk natuurlijke vacht zo dun en plat mogelijk op warme dagen. Ze willen dan kennelijk géén stilstaande lucht tussen hun haren, maar juist zo min mogelijk en ze willen zo weinig mogelijk vacht tussen hun lichaam en de buitenlucht.

Hoe is dat in de natuur eigenlijk geregeld?

Dieren die van nature in warme streken leven hebben vaak weinig vacht. Hun verkoeling krijgen ze door hun bouw: lange of grote extremiteiten (nek, poten, oren, staart) waartussen lucht kan circuleren. De verplaatsing van de lucht geeft verkoeling aan de dun behaarde huid en de bloedvaten die daar vlak onder lopen. Afrikaanse olifanten wapperen zelfs om deze reden met hun grote waaiervormige oren waar met het oog op afkoeling een netwerk van bloedvaten door heen loopt. Er zijn ook diersoorten die ter afkoeling het water op zoeken (bijv. nijlpaard) of die het hoofd koel houden door alleen ‘s nachts actief te zijn. Als een dik pak haar daadwerkelijk tegen de warmte zou beschermen dan zouden Afrikaanse olifanten er toch bij moeten lopen als wolharige mammoeten uit de IJstijd? En waterbuffels als de yak uit de Himalaya, en dan zouden zebra’s eenzelfde dikke vacht hebben als IJslandse paarden en Shetland pony’s. Maar er lopen geen langharige giraffen rond op de savanne en ook de grote katten in warme streken, zoals de leeuw en de cheetah, hebben kortharige, gladde vachten.

Katten zijn van oorsprong slank gebouwde woestijndieren die pas actief worden als de zon onder is. In woestijnen kan het ’s nachts flink afkoelen. Hun korte vacht beschermt hen ‘s nachts tegen de kou. Niet tegen de warmte overdag. Dáárvoor zoeken ze een donker hol of schaduwrijke plek op waar ze zich rustig houden tot het koel genoeg is om op jacht te gaan.

Waar het meer slanke en ‘luchtige’ postuur iets is voor dieren uit warme streken, is een gedrongen postuur juist weer typerend voor dieren in koudere streken. Daar zorgen lange extremiteiten voor onnodig warmteverlies. Tenzij er een lekker bontjasje omheen hangt natuurlijk. Want lange poten zijn soms toch wel handig om hard te kunnen rennen, ook in een kouder klimaat, en met een lange nek kun je ook bij de blaadjes aan de hogere takjes. Je hoeft geen evolutiebioloog te zijn om daar de logica van in te zien.

Toen de oerkatten als soort naar koudere streken migreerden veranderde hun bouw en vacht. Deze werd aangepast aan het klimaat en aan de meer bossige omgeving waar je als sluipende jager met lange extremiteiten overal achter blijft haken. De wilde boskatten zijn eerder compact en gedrongen dan rank en slank. Met kleine oren en een dichte, wat langere vacht. Nog steeds aangepast op actie als de zon weg is en rust op de warmere momenten van de dag. Ook past de vacht zich aan aan de seizoenen. Hoe kouder de winter hoe dikker de wintervacht. En dat winterhaar valt er in de lente vanzelf weer uit om plaats te maken voor een wat dunner zomerjasje.

Met dit in gedachten kan ik me niet voorstellen dat een dikke vacht net zoveel bescherming biedt tegen de warmte als tegen de kou. Een laag(je) haar beschermt tegen de zon, dat zeker. Maar verder…?

De tegenstanders van het scheren noemen vaak de traditionele lichaamsbedekkende kleding van woestijnvolken als voorbeeld, met als argument dat deze de warmte buiten houdt. Dit is echter dunne kleding die vooral schaduw biedt en die ruim om het lichaam valt zodat er lucht onder kan circuleren ter verkoeling. Stilstaande lucht isoleert, bewegende lucht koelt af. Dierenvacht valt niet ruim om het dierenlichaam. Bij kou kan een dier zorgen voor stilstaande lucht in zijn vacht, maar hij kan deze niet laten circuleren. Dus bij warmte maken ze de vacht zo plat en luchtvrij mogelijk…

Ook de vergelijking met een thermoskan, die bij kou de inhoud warm houdt en bij warmte de inhoud koel, gaat mijns inziens niet op. De inhoud die erin zit en die je in deze vergelijking koel wilt houden door de beschermende isolatie van de thermoskan produceert zelf geen warmte. Een dierenlichaam wel. Tal van chemische processen zorgen voor het vrijkomen van warmte; spijsvertering, beweging, e.d. Zou je deze processen nabootsen in een dichte thermoskan dan zou het daar binnenin vast steeds warmer worden. Leuk idee voor een scheikunde practicum …

Dat een dikke vacht tegen de warmte beschermt wil er mij bij dus niet in. Ik geloof het dan ook meteen als eigenaren van katten met een lange en volle vacht melden dat hun kat in de zomer echt last heeft van de warmte. Een kortharige kat en een langhaar met wat sluiker haar en een normale hoeveelheid onderwol zullen met een beetje rustig aan doen een warme zomerdag wel door komen. Maar een langharige kat met een volle vacht zal veel sneller last van de warmte hebben. Zeker als het een binnenkat op een warme bovenwoning is met geen of slechts weinig buitenruimte. En daar heb ik er nogal wat van in mijn Amsterdamse klantenbestand… Tijdens mijn aan-huis-trimafspraken voel ik aan den lijve hoe warm hun leefgebiedjes vaak zijn! Waar een korthaar misschien een paar dagen per jaar vanwege de hittegolf-warmte voor Pampus zal liggen zal zijn flink wollige collega er bij minder hoge temperaturen al zo bij liggen. Veel vaker dus en met een beetje pech bijna de hele zomer.

En ja, op die manier lukt het de kat (net) om om te gaan met de warme tijd van het jaar, maar of het ook een leuke tijd is voor ‘m…? Ik denk van niet en daarom vind ik een zomers kort kapsel een prima manier om een kat die gezegend is met een té volle vacht de zomer door te helpen.

Vaak moeten deze katten vanwege klitten toch al (preventief) geschoren worden, dus hun koelere outfit heeft meerdere voordelen. Daarnaast zijn het meestal ook 100% binnenkatten, dus voor bescherming tegen zonnebrand en doornstruiken hebben ze hun vacht niet nodig. En bij katten die wel buiten komen is, mits ze niet geheel vervilt zijn, het ‘op lengte scheren’ dan een mooie oplossing. Dan is er wel de bescherming van de vacht, maar geen dik, warm en klittend pak haar.

Kortom … Scheren: to do or not to do? Ik zeg doen!

© Saskia Heijboer – Kattentrimsalon Cat Pretty – 25 februari 2018 / terug naar Blog-overzicht

error: Content is protected !!